Beweging

 

Australian Labradoodles vinden het fijn om te wandelen. Zorg ervoor dat je hond dagelijks genoeg indrukken opdoet en zijn / haar energie kwijt kan. Om het uitdagend te houden voor je hond, zorg je regelmatig voor afwisseling tijdens wandelingen. Niet telkens hetzelfde rondje in de buurt, maar wandel ook eens door het bos, over de markt, in een leuk park of over het strand. Het wandelen op verschillende plekken draagt ook bij aan een goede socialisatie van je pup. Je hond zal hierdoor in verschillende situaties steeds zelfverzekerder worden. Bij voldoende lichaamsbeweging zul je zien dat je Labradoodle in huis lekker ontspannen en rustig is.

 

Zorg voor een goede opbouw in beweging wanneer je pup opgroeit. Wij houden hiervoor de volgende richtlijn aan: het aantal weken in leeftijd = het maximum aantal minuten wandelen per keer. De botten van een pup zijn natuurlijk volledig in ontwikkeling en daarom is overbelasting absoluut niet goed voor de gewrichten. Dit kan later zelfs grote gevolgen hebben. Om die reden is het ook af te raden om je pup trap te laten lopen of uit de auto te laten springen. Probeer ook het rennen en uitglijden over (gladde) vloeren te voorkomen. Let er dus op dat je je hond niet verkeerd belast. Wij zijn daarom bijvoorbeeld ook geen voorstander van het gooien met balletjes. De hond rent vol enthousiasme op een bal af en remt plots af of draait tijdens het pakken van de bal. De 'klap' wordt dan opgevangen met het lichaamsgewicht van de hond en dit is erg belastend voor de gewrichten. Gooien met takken is zeer gevaarlijk. Een tak kan breken of verkeerd terecht komen in de keel met alle gevolgen van dien.

 

Je pup leren lopen aan de lijn is één van de eerste taken tijdens de opvoeding. Een pup hoort een wandeling als leuk te (gaan) ervaren. Laat de pup daarom de eerste keren dat je hem / haar mee uit neemt zélf de richting bepalen. Als hij / zij naar rechts of links wil, volg je de pup en beloon je hem / haar voor het netjes lopen aan de lijn. Uiteindelijk ga je zélf steeds meer bepalen welke kant je op loopt en zul je zien dat je hond makkelijk volgt. Een pup is enthousiast en trekt soms behoorlijk aan de lijn. Dit vergt veel geduld en een consequente aanpak. Bij puppycursus komt dit onderwerp ook altijd wel aan bod en krijg je handvaten waar je thuis mee verder kunt. Het is belangrijk dat je een goede band opbouwt met je pup en deze zich op jóu richt, waardoor het corrigeren van bepaald gedrag steeds makkelijker zal gaan.

 

Als je het spannend vindt om je hond los te laten lopen, kun je kiezen voor een flexilijn zodat de hond toch genoeg bewegingsvrijheid heeft. Dit soort lijnen zijn verkrijgbaar tot wel tien meter lang, waardoor de hond een grote mate van vrijheid kan ervaren. Zorg ervoor dat je hond altijd een naamplaatje of adreskoker aan de halsband draagt voor het geval hij / zij zoek raakt. Ook al is je Labradoodle gechipt en kan de chip uitgelezen worden bij de dierenarts, kan een zoek geraakte hond sneller teruggebracht worden door middel van een goed leesbare penning met daarop je adres. 

 

Australian Labradoodles zijn enthousiast, vinden het leuk om samen iets te ondernemen én ze zijn atletisch gebouwd en razendsnel. Sommige eigenaren vinden het daarom leuk om met hun Doodle een hondensport te gaan beoefenen, zoals behendigheid. Als je (uiteindelijk) samen een hondensport wil gaan doen, laat je dan goed adviseren door een deskundige. Een ervaren trainer kan bekijken of bepaalde oefeningen (al) geschikt en veilig zijn voor je opgroeiende hond. Je Labradoodle kan vaak al na afronding van een puppycursus starten met een vervolgcursus gericht op hondensport, maar wacht altijd tot je hond volledig volgroeid is voor je hem / haar blootstelt aan fysieke belasting!